In dit overzicht wordt dieper ingegaan op de beschikbare expertise van KBA die van pas kan komen wanneer je aan de slag gaat met het uitwerken van een regionale aanpak van de wet ‘van school naar duurzaam werk’.
Aan de orde komen:
1. Regionale probleemanalyse
2. Onderzoek gericht op vormgeving of verbetering van de regionale samenwerking
3. Nadere uitwerking bij de ontwikkeling van regionale doorstroompunten
4. Het vormgeven van extra ondersteuning aan jongeren in de overgang van school naar werk
5. Het betrekken en activeren van jongeren bij de vormgeving van beleid en uitvoering
6. Het vaststellen van effectiviteit en efficiëntie van de begeleiding en de regionale aanpak
1. Onderzoek gericht op bieden input regionaal programma / regionale probleemanalyse
Scholen, Doorstroompunten en gemeenten worden verplicht samen te werken in de totstandkoming en uitvoering van een regionaal programma. KBA Nijmegen heeft veel ervaring met onderzoek dat de regionale partners input biedt voor het opstellen van een regionaal programma. Het onderzoek kan bijvoorbeeld de huidige aanpak – en aandachtspunten daarin – in beeld brengen (regionale analyse). Deze regioanalyse biedt de basis voor het – samen met de regio – benoemen van thema’s en doelstellingen die van belang zijn voor de regionale aanpak van de komende jaren (op welk terrein is (aanvullende) aandacht nodig, wie heeft daarin welke rol, etc.).
Onderzoek ongediplomeerde uitstroom mbo-instelling
Het regionaal programma met maatregelen voor de bestrijding van voortijdig schoolverlaten wordt verbreed met de overgang van school naar duurzaam werk. Het voorkomen en tegengaan van voortijdig schoolverlaten blijft een belangrijk aandachtspunt. KBA Nijmegen heeft veel ervaring met onderzoek naar voortijdig schoolverlaten, niet alleen in opdracht van gemeenten en Doorstroompunten, maar ook in opdracht van diverse mbo-instellingen. In dergelijke onderzoeken biedt KBA bijvoorbeeld inzicht in de achtergronden van de uitvalproblematiek, in de kenmerken en oorzaken van de voortijdige uitstroom en/of in factoren die een (bepalende) rol spelen in de uitval. Er is echter ook nadrukkelijk aandacht voor verbetermogelijkheden die de mbo-instelling(en) in kan/kunnen zetten om ongediplomeerde uitstroom te voorkomen en bestrijden. Het onderzoek bij de mbo-instelling(en) wordt op maat en naar behoefte ingevuld, maar kan bestaan uit analyse van cijfers/documentatie, interactieve gesprekken met (verschillende professionals binnen de) onderwijsteams, gesprekken op centraal niveau van de mbo-instelling (bijv. beleidsmedewerkers, onderwijskundig adviseurs), interviews met ongediplomeerde uitstromers en/of zittende studenten, bijeenkomsten waarin onderwijsteams van elkaar leren.
2. Onderzoek gericht op vormgeving of verbetering van samenwerking in de regio
De samenwerking tussen scholen, Doorstroompunten en gemeenten is essentieel en wordt met het wetsvoorstel Van school naar duurzaam werk verder gestimuleerd. In verschillende onderzoeken heeft KBA Nijmegen de (aandachts- en verbeterpunten in de) samenwerking in een regio in kaart gebracht. Een voorbeeld is een onderzoek gericht op verbetering van de samenwerking in de regio Amsterdam bij de aanpak jongeren in kwetsbare positie; een onderzoek waarbij de samenwerking letterlijk ‘in kaart’ is gebracht. De uitkomsten van het onderzoek zijn gepresenteerd in de vorm van een ‘kaartenboek’. Door middel van cijferkaarten, rollenkaarten, netwerkkaarten en actiepuntenkaarten is onder andere visueel weergegeven welke partners betrokken zijn bij de samenwerking, wat hun rol is, op welke punten de samenwerking verbetering behoeft en hoe een ontwikkeltraject gericht op verbetering van de samenwerking eruit zou kunnen zien. De uitkomsten van het onderzoek hebben de betrokken partijen input geboden voor het regionaal programma.
Een ander voorbeeld is de scan van school naar werk. Dit instrument is een handig hulpmiddel wanneer je als regio weten of je studenten goed op weg helpt van opleiding naar werk. KBA Nijmegen heeft hiervoor een scan ontwikkeld, die in kaart brengt hoever jouw regio is met het begeleiden van studenten van school naar werk. Met de scan breng je op 8 verschillende thema’s rondom de overgang van opleiding naar werk gestructureerd in beeld wat er al gebeurt in de regio en wat wellicht nog beter kan. Zo krijg je inzicht in wat er mogelijk is om jongeren te ondersteunen rondom de belangrijkste kritische momenten in hun overgang van opleiding naar werk. Ook wordt er gevraagd naar jullie ambities: wat hoop je over twee jaar voor deze doelgroep te bereiken en wat is daarvoor nodig? Na het invullen van de scan volgt een persoonlijk of online adviesgesprek en een rapportage toegespitst op jullie eigen situatie en ambities. Daarmee kun je gericht aan de slag om jullie aanpak voor jongeren met ondersteuningsbehoefte verder te verbeteren.
3. Inventarisatie ontwikkelingen en betekenis voor verdere ontwikkeling Doorstroompunt-functie
De Doorstroompunt-functie is sterk in ontwikkeling. Het wetsvoorstel Van school naar duurzaam werk is één van de ontwikkelingen waar het Doorstroompunt mee te maken krijgt. De verschillende ontwikkelingen vragen om een heroverweging van de bestaande inzet van het Doorstroompunt en om een visie op wat er nodig is om de (deels nieuwe) doelgroep goed te bedienen. KBA Nijmegen heeft veel ervaringen met het inventariseren en analyseren van de verschillende ontwikkelingen, zij kan de regio ondersteunen bij het maken van keuzes over de (veranderingen in de) inrichting van de Doorstroompunt-functie en bij het in beeld brengen van wat de gemaakte keuzes vragen onder andere op het gebied van sturing, organisatie, professionalisering, financiering, rolverdeling en samenwerking.
4. Het vormgeven van de extra ondersteuning aan jongeren in de overgang van school naar werk
KBA Nijmegen heeft veel onderzoek gedaan naar wat er nodig is om jongeren effectief en efficiënt te ondersteunen in de overgang van school naar werk. Deze kennis is bijeen gebracht met de ontwikkeling van de Transitieroute. Hierbij is, samen met een groot aantal mbo-instellingen en regio’s, een methode ontwikkeld waarbij jongeren in een doorlopende begeleidingsstructuur worden begeleid vanaf het laatste jaar van hun opleiding naar duurzaam werk. De Transitieroute is ontstaan uit de zorg voor jongeren met een ondersteuningsbehoefte in het mbo op de niveaus 2-4. Uit onderzoek bleek dat velen van hen het mbo-diploma niet haalden en moeilijk werk konden vinden. Veel aandacht ging uit naar kwetsbare jongeren uit lagere opleidingsniveaus (pro/vso, entree -opleidingen) en verder bleek dat er in het mbo vooral veel aandacht uitging naar de ‘voorkant’ van de opleiding: toelatingsbeleid, intake en onderwijsovereenkomst. Er was weinig aandacht voor de stage en overgang naar werk, terwijl juist daar toch het grootste struikelblok in de loopbaan bleek te zitten.
De Transitieroute geeft een beeld van de ondersteuningsbehoefte van jongeren rondom de acht belangrijkste overgangsmomenten in de overgang van opleiding naar werk. Ook biedt de Transitieroute een toolbox voor begeleiders vanuit de scholen, de gemeenten en bedrijven.
5. Het betrekken en activeren van jongeren bij de vormgeving van beleid en uitvoering
Bij de ontwikkeling van een werkbare regionale aanpak mogen de jongeren waarover het gaat, natuurlijk niet vergeten worden. KBA heeft in verschillende projecten zoals bij de aanpak van de Transitieroute steeds samengewerkt met een groot aantal jongerenorganisaties (jongerenpanel FNO, later met JongPit, jongerenteam Geestkracht FNO, JOBMBO, LSVB, ISO). De ervaring leert dat het belangrijk is dat jongeren een actieve rol krijgen bij zowel de ontwikkeling van de aanpak als bij de uitvoering.
Een manier om jongeren aan het woord te laten, is door het maken van videoverslagen. Hieronder vind je een aantal voorbeelden waarin jongeren zelf aan het woord komen over hoe zij de overgang van school naar werk ervaren en welke ondersteuning zij toen nodig hadden.
Een andere manier om jongeren te betrekken is door samen met hen te werken aan tips en tools voor jongeren die in dezelfde positie verkeren als zijzelf. Een voorbeeld hiervan is de flyer die KBA samen met JongPit en ECIO, maar vooral samen met jongeren heeft ontwikkeld met tips en tools over wat jongeren zelf kunnen doen om hun overgang van school naar werk een succes te maken.
6. Het vaststellen van effectiviteit en efficiëntie van de begeleiding en regionale aanpak
De wet van school naar duurzaam werk vraagt ook om goede afspraken over monitoring en evaluaties. KBA kan op verschillende manieren regio’s ondersteunen bij het verzamelen van effectieve sturingsinformatie en het opstellen van evaluatierapportages. Hieronder noemen we een aantal voorbeelden:
Effectiviteitmetingen van begeleiding en coaching
Door middel van een maatschappelijke kosten en baten analyse is in drie Gelderse arbeidsmarktregio’s in beeld gebracht wat het effect is van de huidige ondersteuning aan jongeren in de overgang van school naar werk. De MKBA leverde veel kwalitatieve inzichten en verbetersuggesties op en kwantitatieve sturingsinformatie. Zo bleken 33 procent meer jongeren hun diploma te hebben gehaald en bleken de kansen op een baan na de opleiding met 40 procent toegenomen.
Monitoren van jongeren
Het belangrijkste is natuurlijk dat de aanpak in de regio van toegevoegde waarde is voor de jongeren. Zijn ze in staat betere loopbaansuccessen te behalen? Kunnen ze zich beter ontwikkelen? Leveren ze een waardevolle bijdrage aan de maatschappij?
KBA Nijmegen heeft ervaring met het monitoren van jongeren die de overgang van opleiding naar werk maken. Zo brengen we in beeld hoe het met de jongeren gaat, of ze succesvol zijn in de overgang van opleiding naar werk en wat ze vinden van de ondersteuning die ze krijgen of hebben gekregen bij deze overgang.
Monitor regionaal programma
Scholen, doorstroompunten en gemeenten worden verplicht samen te werken in de totstandkoming en uitvoering van een regionaal programma. KBA Nijmegen heeft veel ervaring met het monitoren van regionale programma’s. Doel van de monitor is om voortgang en resultaten in beeld te brengen, maar ook om het proces van kennisontwikkeling/-deling en het leerproces in de aanpak van de regio te ondersteunen en versterken. Monitoring wordt op maat ingericht, maar over het algemeen omvat dit een kwantitatief en een kwalitatief deel. In het kwantitatieve deel ligt het accent op kengetallen en direct meetbare doelen; er wordt data verzameld/bijeengebracht die relevant is voor het regionaal plan, bijv. kengetallen over vsv’ers, onderwijsdeelname, uitstroom naar werk, JIKP, jeugdwerkloosheid, thuiszitters. Het kwalitatieve, interactieve deel wordt door KBA Nijmegen in samenspraak met de betrokken partijen ingevuld en omvat bijvoorbeeld het volgen van de maatregelen/interventies/projecten die centraal staan in het regionaal programma (hoe loopt het, wat zijn knelpunten, hoe verloopt de samenwerking, wat zijn ervaringen, etc.). Dit kwalitatieve deel kent over het algemeen een actieve betrokkenheid van stakeholders.
Een andere manier waarop KBA Nijmegen ervaring heeft met het verzamelen van kennis, inzichten en tools in de regio is met het Kennisplein Van Opleiding naar Werk. Dit was een online omgeving waar de mbo-instellingen, gemeenten en bedrijven kennis, inzichten en tools op het gebied van de begeleiding van jongeren bij de overgang van opleiding naar werk konden inzien. Ook heeft KBA Nijmegen regionale bijeenkomsten georganiseerd. Hierbij kwamen verschillende partners binnen de regio samen om kennis met elkaar te delen en tot oplossingen te komen op het gebied van de overgang van opleiding naar werk.
Monitor SchoolWerkt:
Monitor schoolloopbanen RMC-regio Eem:
Ben je benieuwd naar de mogelijkheden, neem contact op met Jan Raaijman.