Zicht op aanpak ongeoorloofd schoolverzuim

Bij de aanpak van schoolverzuim door leerplichtige jongeren wordt het belangrijk geacht dat snel stappen worden gezet om mogelijk langdurige schooluitval te voorkomen. Een eenduidige
aanpak en duidelijkheid over wie wat doet in welke fase kan daarbij helpen. In dit licht is, als vervolg op de ‘Strafrechtelijke Aanpak Schoolverzuim’, in maart 2017 de ‘Methodische Aanpak
Schoolverzuim’ (MAS) gelanceerd. Ingrado, Halt, de Raad voor de Kinderbescherming en het Openbaar Ministerie hebben hierin – in samenspraak met het ministerie van Justitie en Veiligheid – het voortouw genomen.

De MAS, waarin niet de strafrechtelijke kant centraal staat maar de inzet op preventie en vrijwillige (jeugd)hulp, biedt volgens de ontwikkelde methodiek leerplichtambtenaren de ruimte
om gemotiveerd keuzes in de aanpak van de verzuimproblematiek te maken. Centrale elementen in de aanpak zijn vroegtijdig inzetten van (jeugd)hulp, ketensamenwerking en maatwerk.
Voor de concrete aanpak in de verzuimcasussen heeft de leerplichtambtenaar in principe de keuze tussen vier onderscheiden routes en mogelijke combinaties daarvan: de route van vrijwillige jeugdhulp, de route Halt-interventie, de route van dwang in civielrechtelijk kader en deroute van dwang in strafrechtelijk kader. Uitgangspunt bij de keuze van deze routes is: ‘licht waar het kan en zwaar(der) waar het nodig is, maatwerk dus’.

De invoering van de MAS had destijds twee hoofddoelen:
• het verminderen van de toepassing van justitiële interventies en gedwongen trajecten in de aanpak van schoolverzuim en in plaats daarvan het leggen van het accent op (vrijwillige) hulpverlening. ‘Het uitgangspunt voor de MAS is vrijwillig en licht interveniëren waar het kan en inzet van het gedwongen kader (straf en/of civiel) alléén waar dat noodzakelijk
is. Van belang is maatwerk, de interventie inzetten die het meest effectief wordt geacht om het verzuim te stoppen en de achterliggende problematiek aan te pakken’ (Handleiding MAS 2022);
• de implementatie van een methodische werkwijze voor Leerplichtzaken, hetgeen wil zeggen dat elke leerplichtambtenaar op eenzelfde wijze, uniform, werkt en de uitvoering evalueert.

De ontwikkeling van de MAS kwam in een periode waarin zich al langer een verschuiving voordeed in de benadering van de aanpak van schoolverzuim door Leerplicht, met meer aandacht
voor de rol van hulpverlening en minder accent op de handhavingstaak. De achtergrond van deze verschuiving kan in een breder perspectief worden geplaatst, met twee relevante ontwikkelingen:

• een sterk toegenomen inzet op de bestrijding van voortijdig schoolverlaten, dat herkenbaar is in beleid, extra financiële middelen en een geïntensiveerde regionale aanpak;
• de formele aanpassingen in de Leerplichtwet (de invoering van de kwalificatieplicht tot 18
jaar) en de RMC-regeling (de VSV-aanpak tot 23 jaar).

In deze ontwikkelingen hebben de afdeling Leerplichtzaken en de Regionale Meld en Coördinatiefunctie (RMC) een grote rol gekregen in de preventie en aanpak van voortijdig schoolverlaten. Dat leidde tot uitbreiding van de formatie, tot professionalisering en tot een andere rol en positie van Leerplicht/RMC in de regionale samenwerking. De inzet op preventie van voortijdig schoolverlaten heeft geleid tot extra aandacht voor de aanpak van schoolverzuim. Tegen deze achtergrond veranderde de rol van de leerplichtambtenaar van (hoofdzakelijk) handhaver, naar (hoofdzakelijk) schakel in de hulpverlening en preventie. Bovendien werd van belang geacht dat er een gezamenlijke visie ontstond op de gewenste aanpak van schoolverzuim, die ook zou leiden tot meer uniformiteit in deze aanpak. Met name bij de aanpak van relatief schoolverzuim waarbij sprake is van zorgsignalen, werden soms grote verschillen in het werkproces en de inhoud geconstateerd.

De introductie van de MAS sloot aan op deze ontwikkeling van zowel een meer preventieve op hulpverlening gerichte inzet als een uniformering en professionalisering van de werkwijze.
Kernpunten zijn een verschuiving naar ‘lichtere’ (minder sanctionerende) routes in de aanpakvan schoolverzuim en een methodische manier van werken.

De Raad voor de Kinderbescherming en het Openbaar Ministerie zijn als ketenpartners over het algemeen positief over de samenwerking en de uitkomsten van de gekozen aanpak van
Leerplichtzaken. Men herkent dat de MAS bijdraagt tot meer overwogen en eensluidende keuzes voor bepaalde trajecten bij Leerplicht. Ook worden voorgelegde verzuimcasussen ten behoeve van het JCO-L over het algemeen beter voorbereid en aangeleverd dan in voorgaande jaren. De samenwerkingsrelatie met Halt is mede vanwege het relatief geringe aantal verwijzingen (i.c. het aantal Halt-pv’s) voor schoolverzuim veelal minder intensief en frequent.

Na de implementatiefase van de MAS is geconstateerd dat sprake was van minimale evaluatie en adequate terugkoppeling tussen ketenpartners van informatie over casussen. Het onderzoek wijst uit dat de terugkoppeling van informatie van Halt, RvdK en het OM is verbeterd. Een gezamenlijke evaluatie over het verloop en opbrengst van de (pre)justitiële trajecten vindt echter niet (structureel) plaats.

Terugkoppeling en evaluatie van de verzuimcasussen is veel minder te herkennen in de trajecten in het vrijwillig kader. De afstemming tussen Leerplicht met het voorliggend veld (i.c.
jeugdhulpverlening) is lang niet altijd helder en wordt vaak belemmerd door een (al dan niet juiste) toepassing van de AVG. Een leerplichtambtenaar weet vaak niet waar een (verzuimende) jongere zich bevindt in een zorgtraject en wat de effecten van het traject zijn. Dit heeft
implicaties voor de (beoogde) regierol van de leerplichtambtenaar in het verzuimtraject.

 

Zie ook:
Samenvatting
Summary

Auteurs: drs. Ton Eimers

Lees ook

algemeen

KBA Nijmegen, Expertisecentrum Nederlands en ResearchNed krijgen een nieuwe directie

prof. dr. Maarten Wolbers

Geplaatst op 5 november 2024 Lees publicatie
algemeen

Monitor onderwijssegregatie. Een grijs gebied.

dr. Marjolein Muskens

Geplaatst op 9 januari 2024 Lees publicatie

Op de hoogte blijven?

Inschrijven nieuwsbrief